Banda Atjeh
Stad in Indonesië | |||
---|---|---|---|
Situering | |||
Eiland | Sumatra | ||
Provincie | Atjeh | ||
Tijdzone | +7 | ||
Coördinaten | 5° 33′ NB, 95° 19′ OL | ||
Algemeen | |||
Oppervlakte | 61,36 km² | ||
Inwoners (2019[1]) |
270.321[1] | ||
Politiek | |||
Burgemeester | Aminullah Usman | ||
Overig | |||
Etnische verdeling | Aceh | ||
Religie | Islam | ||
Code desa | 1171 | ||
Code Kemendagri | 11.71 | ||
Website | [bandaaceh.go.id Officiële website] | ||
Detailkaart | |||
Locatie in Sumatra | |||
Foto's | |||
De Grote moskee van Baiturrahman in Banda Atjeh. | |||
|
Banda Atjeh of Banda Aceh (Indonesisch: Banda Aceh; vroeger ook Kutaraja of Kota Radja) is de hoofdstad van de Indonesische provincie Atjeh (Sumatra).
Stad
[bewerken | brontekst bewerken]De stad ligt op de noordelijke punt van het eiland Sumatra, aan de monding van de Atjehrivier (Sungai Aceh), waar de Straat Malakka en de Indische Oceaan elkaar ontmoeten. In 2000 besloeg het stedelijk gebied een oppervlakte van 61,36 km² en had het 220.737 inwoners. Volgens opgave van de Indonesische deelregering had de stad (met omliggende dorpen) vlak voor de tsunami ruim 260.000 inwoners en bedroeg het aantal slachtoffers ongeveer 61.000.[1]
Naam en geloof
[bewerken | brontekst bewerken]Vroeger heette de stad Kota Radja, wat letterlijk "Koningsstad" of "Hofstad" betekent; ook de schrijfwijze Koetaradja (in het Indonesisch Kotaraja) komt voor.[2] De republiek Indonesië heeft in 1945 het sultanaat afgeschaft. Vervolgens werd op 28 december 1962 de officiële naam van de stad gewijzigd in Banda Aceh dat letterlijk vertaald "Poort (Haven) van Atjeh" betekent. Het woord Banda is afgeleid van het Perzische woord bandar (بندر). In het Nederlands betekent het haven. Zoals in geheel Atjeh is de bevolking overwegend islamitisch, en wordt het geloof hier sterker beleden dan in veel andere delen van Indonesië.[bron?] Het centrum wordt gedomineerd door de Grote Moskee.
Geschiedenis
[bewerken | brontekst bewerken]Middeleeuwen tot aan de oorlog met Nederland
[bewerken | brontekst bewerken]De stad was in de middeleeuwen een multi-etnische handelsmetropool, waar naast Atjeeërs, Indiërs, Arabieren, Turken, Chinezen, Abessijnen en Perzen woonden. Het was ook wel de deur naar Mekka, een halteplaats voor pelgrims die per boot onderweg waren naar de heilige stad. Het sultanaat, waarvan Kota Radja de hoofdstad was, bereikte zijn hoogtepunt in de 17e eeuw.
In de Gouden Tijd (1604-1637) beheerste Atjeh de zeewateren van Riau, aan de oostzijde van Sumatra, tot aan Singapore ten oosten van Sumatra. Atjeh had diplomatieke vertegenwoordigers in Istanboel en in Engeland. In 1629 heeft Atjeh een aantal grote zeeslagen gevoerd met de Portugezen, die in de regio al vele handelsposten en macht hadden verkregen. De Nederlandse VOC was sinds 1596 ook al actief in de regio, maar de Nederlanders hebben tot eind 19e eeuw nooit veel voet aan de grond gekregen in Atjeh.
Oorlog met Nederland
[bewerken | brontekst bewerken]In 1873, na de opheffing van het Sumatra-traktaat en schending van het vredestraktaat van 1859 tussen de sultan en het Nederlandse gouvernement door de Atjehnezen, verklaarde gouverneur generaal James Loudon Atjeh de oorlog. Op 24 januari 1874 werd de kraton van het sultanaat na een strijd met vele slachtoffers veroverd en bezet. Het verzet tegen de Nederlandse overheersing was echter niet gebroken en een decennialange guerrillaoorlog was het gevolg. Na jarenlange bloedige strijd van het KNIL onder leiding van generaal Van Heutsz werd in 1904 Atjeh onderworpen aan het Nederlands gezag. Dat gezag was wel beperkt tot Kota Radja en enkele andere kustplaatsen waar het koloniale leger was gestationeerd. Uit deze tijd stammen circa 2200 oorlogsgraven van Nederlanders, Duitsers, maar vooral veel Ambonezen, op een begraafplaats, die hier het Kher Khoff heet.
Vanaf de Tweede Wereldoorlog tot heden
[bewerken | brontekst bewerken]In 1942 werd de stad bezet door het Japans Keizerlijk Leger, waarbij de bevolking gedwongen werd elke dag naar het oosten, naar Tokio, te buigen in plaats van naar het westen (in gebed), naar Mekka. Dit maakte de Japanners nog gehater dan de Nederlanders.[bron?] In de Indonesische onafhankelijkheidsstrijd heeft men geen pogingen meer gedaan om het koloniale gezag te herstellen, waardoor het altijd republikeins gebied is geweest.[bron?]
Bij de aardbeving met tsunami van 26 december 2004 werd deze stad voor meer dan 60% verwoest. Het Atjeh Tsunami Museum is hier opgericht
Bestuurlijke indeling
[bewerken | brontekst bewerken]Banda Atjeh is onderverdeeld in 9 onderdistricten (kecamatan)[3]:
Stedenband
[bewerken | brontekst bewerken]Geboren
[bewerken | brontekst bewerken]- Leo Bosschart (1888-1951), voetballer
- Cees Laseur (1899-1960), acteur en regisseur
- Fokko Tadama (1871-1935), kunstschilder
- Hans van Ginkel (1940-2023), geograaf, historicus en hoogleraar
- ↑ a b c aceh.bps.go.id
- ↑ De Nederlandse Taalunie beschouwt de naam Kota Radja als een in het Nederlands nog regelmatig gebruikte naam voor de stad, maar constateert dat de huidige naam Banda Aceh in toenemende mate wordt gebruikt. Zie Indonesië en Tokyo/Tokio
- ↑ onderverdeling volgens Unicef. Gearchiveerd op 14 november 2023. Geraadpleegd op 18 januari 2008.